Een straffe wind stuift door de steegjes. De moskee uit 1325 rijst uit de woestijn op als een zandkasteel, met houten staken die uit de muren en torens steken. De modderhuizen hebben houten deuren die met ijzer beslagen zijn. De Tuaregs koesteren een roemruchte geschiedenis van koningen en sabelvechters, edelen en slaven, smeden en troubadours en in Timbuctu heerst de geur van oude boeken. Nu rijden er op de zandpaden niet alleen ezels en kamelen, maar ook brommers en terreinwagens. En met rebellen volgeladen pick-ups.
Mali is een van de armste landen ter wereld, maar cultureel en historisch behoort het tot de rijkste staten van Afrika. Antieke moskeeën en steden herinneren aan handelsrijken die floreerden dankzij de route van de karavanen door de Sahara. Parel in de kroon is Timbuctu, de historische stad die op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Eind vorige maand viel het in handen van rebellen van de Tuareg. UNESCO sprak maandag zijn zorg uit over het behoud van eeuwenoude boeken en manuscripten in de woestijnstad, na berichten dat rebellen onder andere het Ahmad Baba Instituut van Hogere Islamitische Studies en Onderzoek hadden geplunderd. Timbuctu’s „buitengewone architectonische wonderen” moeten beschermd worden. „Ze zijn essentieel voor het behoud van de identiteit van het Malinese volk en voor ons universele erfgoed”, zei directeur Irina Bokova van de VN-organisatie.
De manuscripten en boeken waar de UNESCO op doelt, zijn onder meer te vinden in zestig bibliotheken in en rond Timbuctu. Buiten heerst de stilte van de woestijn, binnen die van de wijsheid. De familie van Abdel Kader Haïdara is beroemd om haar verzameling manuscripten. Acht generaties terug begon zij met verzamelen. De familie bezit negenduizend manuscripten, er zijn er vierduizend gecatalogeerd. „Iedere intellectueel had ooit zijn eigen bibliotheek”, vertelde een archivaris enkele jaren terug. Een met goud belegde koran van honderden jaren oud, een zes eeuwen oud boek over astronomie, andere werken, over medicijnen, over mensenrechten, religie, cultuur, biologie en over geschiedenis. In deze geschriften gaat een vrijwel onbekend deel van de Afrikaanse geschiedenis verscholen, en wetenschap waarvan de buitenwereld nog nauwelijks kennisnam.
De archivaris: „We vinden nog steeds oude manuscripten onder het zand. Onlangs nog ontdekten we een op schapenhuid geschreven boek over conflictoplossing.”
Voor westerlingen heeft Timbuctu een mythische klank. Volgens het Engelse woordenboek is het „een onbereikbare plaats”; uit een recente peiling blijkt dat een kwart van de Britten denkt dat de stad niet echt bestaat. Timbuctu? Een synoniem voor ‘Verweggistan’.
Voor Europeanen was Timbuctu lang synoniem voor de geheimzinnigheid van Afrika. Middeleeuwse reizigers berichtten over een Afrikaans El Dorado, een woestijnstad die glinsterde van goud. Blauwgesluierde Tuareg-krijgers maakten het gebied onveilig. Tussen 1588 en 1830 probeerden ten minste 41 Europeanen de stad te bereiken. Slechts één van hen kon het navertellen. „Bij zonsopgang betrad ik Timbuctu, de stad van de mysteries. Ik kon mijn vreugde nauwelijks bedwingen”, begon de Fransman René Caillié optimistisch het verslag over zijn bezoek in 1828. Daarna volgde teleurstelling. De stad „waarover een zware stilte heerste, was een warboel van slecht gebouwde modderhuizen, omringd door droge velden van vergeeld wit zand”.
De gloriedagen van Timbuctu waren in 1828 allang voorbij. De stad werd begin elfde eeuw gesticht door de nomadische, blauwgesluierde Tuareg, waarna twee gouden eeuwen volgden. De eerste rond 1350, toen de stad onder heerschappij van sultan Mansa Musa belangrijk werd als handelspost voor goud, zout en slaven. De tweede begin 1500, toen Timbuctu onderdeel was van het West-Afrikaanse keizerrijk Songhai.
De Tuareg, en ook andere etnische groepen, zwaaiden er de scepter en gaven de intellectuele klasse grote autonomie. In 1509 beschreef Mohammed al-Wazzan al Zayati, beter bekend onder de naam Leo Africanus, de stad als „een toevluchtsoord van wetenschappers en rechtvaardige mensen, een trefpunt voor heiligen en asceten en een ontmoetingsplaats voor karavanen en boten. Er zijn talrijke winkels van ambachtslieden, handelaren en weverijen”.
In die tijd kwam volgens de overlevering zout uit het noorden, goud uit het zuiden en geld uit het land van de witte mensen. Maar wijsheid, het woord van Allah en prachtige verhalen waren alleen te vinden in Timbuctu. Er was een bloeiende boekenindustrie ontstaan, met inktmakers, illustratoren, binders en kopieerders.
De handel in manuscripten viel Leo Africanus het meeste op. Die waren „meer winstgevend dan welke handelswaar ook”. Het papier was afkomstig uit Europa of Egypte of er werd op huiden geschreven. Miljoenen manuscripten bereikten tussen de veertiende en vijftiende eeuw Timbuctu vanuit het Midden-Oosten en vanuit Noord- en West-Afrika. Ongeveer één miljoen teksten hebben de tijd overleefd.
Professoren en studenten kwamen van overal naar Timbuctu. De leerlingen verzamelden zich rond de huizen van de geleerden, op de universiteit en in de moskeeën. Op een bevolking van honderdduizend man was 25 procent mensen student. De voertaal was Arabisch, maar er zijn ook manuscripten in talrijke Afrikaanse talen. In Timbuctu had de intellectuele elite de steun van de machthebbers. Kennis ging voor.
In 1591 kwam de bloeiperiode abrupt ten einde toen een Marokkaanse invasiemacht Timbuctu veroverde, de intellectuelen verdreef en de universiteit sloot.
Aangemoedigd door hun toenmalige president Thabo Mbeki begonnen Zuid-Afrikaanse wetenschappers in 2003 met de bouw van een nieuwe grote bibliotheek in Timbuctu. Volgens Mbeki, die geschiedenis had gestudeerd, herbergen de stad en omgeving „de belangrijkste culturele schatten van Afrika”.
Afrikanen zien Timbuctu als een relikwie van een gouden eeuw uit een cultuurrijke geschiedenis; restauratie van de woestijnstad en haar manuscripten moet een Afrikaanse renaissance stimuleren. Ook Mbeki streefde naar een Afrikaanse renaissance, in een poging Afrikanen van hun koloniale kater te bevrijden en zelfrespect te stimuleren. „Ten onrechte wordt Afrika voorgesteld als een continent zonder een verleden van lezen en schrijven”, stond in de gids voor het Zuid-Afrikaanse project in Timbuctu. „Om ons continent te reconstrueren moeten we heel ver terugkijken en onze vele geschiedenissen heroveren die ons zijn ontzegd en voor ons verborgen zijn gehouden door eurocentrisme, kolonialisme en racisme.”
Strategische handelspost sinds eeuwen
Timbuctu ligt ten noorden van de rivier Niger. De regio had volgens het Malinese bureau voor statistiek in 2009 54.453 inwoners. Veel zijn er gevlucht. De stad werd begin elfde eeuw gesticht door nomadische Tuaregs, op een strategisch punt waar verschillende handelsroutes elkaar kruisten. Rond 1350 en rond 1500 beleefde Timbuctu twee gouden eeuwen. In 1591 werden de intellectuelen door Marokkanen verdreven. Vorige maand namen Tuareg-rebellen de stad in.