‘Kijk,” zegt de oude heer, „zie je de schaduw rechts van de acaciaboom? Over een paar uur staat die aan de andere kant. Je hoeft niets te doen.” Hij zet zijn argument kracht bij met een dikke fluim op de droge aarde. Hij wil zeggen dat de Samburu’s in het ruwe en verafgelegen noorden van Kenia onderwijs niet nodig hebben. „De traditie leidt ons en het leven is goed.” De moderne mens wil het leven naar zijn hand zetten, de traditionele volkeren laten zich leiden door de natuur.
In alle windrichtingen lijkt de glooiende boomsavanne met rivierbeddingen en bergen onaangetast. De bruine, van mest en aarde opgetrokken woningen, een soort tropische iglo’s, verzinken in de omgeving. Geen elektriciteit, geen mechanisch geluid, geen wegen. Met het herdersvolk de Samburu, dat wil leven zoals de voorvaderen. Alsof er nooit iets verandert.
Maar er is veel veranderd. De wereld raakt vol. Er zijn in deze verschraalde streken nu te veel mensen, te veel vee en te weinig weidegronden. Ook regent het steeds minder.
De 45 jaar oude Kasao Laerat ging 25 jaar geleden als eerste naar een school, honderd kilometer verderop. Kwam hij tijdens vakanties thuis, dan verborg hij zijn schoolboeken onder zijn lendendoek. Want jongeren praatten schamper over onderwijs. Toen Kasao destijds zijn leeftijdsgenoten vroeg of ze naar school wilden, lachten ze hem uit. Niemand wilde zich een gedachtengoed van de buitenwereld laten opleggen.
„Toch begon ik in 1997 onder een boom met lesgeven”, zegt Kasao. Hij startte een basisschool met een beetje hulp van de overheid en assistentie van Nederlandse goeddoeners. Honderdtwintig kinderen, onder wie vijftig meisjes, gaan nu onder heel basale omstandigheden naar school. Als de ouders hen niet wegroepen om de geiten te hoeden. Want kinderen moeten ook werk verzetten. Jongens trekken in droge tijden honderden kilometers ver weg met het vee en meisjes doen huishoudelijk werk.
De ouderen zijn de hoeders van de oude waarden, maar ze kunnen lezen noch schrijven. Spottend spreken ze over al die moderne nonsens die hun kinderen leren op school. „Blinden kunnen geen blinden leiden”, zegt Kasao, „Ik krijg veel tegenwerking van ouders om hun kinderen naar school te laten gaan. Ze zien de waarde er niet van in.” Het gevolg is dat ze hun kinderen tussentijds van school halen.
Een Samburu ouder bij de school
Onderwijs is de basis van verandering en ontwikkeling, en het schooltje van Kasao is pas een heel voorzichtige stap. „Zo’n mentaliteitsverandering gaat niet in één generatie. Ongeschoolde ouders leveren geen goed opgeleide kinderen af. Ik hoop dat de scholieren die nu een beetje leren lezen en schrijven, er straks wel volledig achter staan dat hún kinderen elke dag naar school gaan.”
Als aan het einde van de dag de blèrende geiten en blatende schapen de kraal binnenhuppelen, opent de ziel van de nomade zich. In die ziel is geen plaats voor onderwijs. Betoverd en liefdevol kijken de ouderen naar hun vee. Ze zoenen een juist geboren geitje op de snuit en masseren de uiers van de kamelen. Onder het zingen van een liedje melken vrouwen de dieren.
De 14-jarige Siat was de hele dag op de savanne met de beesten. Van school wil hij niets weten. „Als ik geiten hoed, ben ik vrij. Op school laat ik me alleen maar vastbinden achter een schoolbank”, lacht hij. „Zonder geiten zijn wij Samburu’s niets waard. Het gaat toch allemaal om geiten in het leven?”
De ouderen knikken instemmend.
Een Samburu jongere die niet naar school wil
Dit verhaal verscheen op 21-8-2015 in NRC Handelsblad