Julius Owino (40) rapt een riedel als opening van zijn ochtendshow op Getto Radio, drukt de schuif open en speelt zijn song Unbwogable , wat zich laat vertalen als ‘Met ons valt niet te sjoemelen’. Julius verloor verkiezingen voor een zetel in de gemeenteraad van de Keniaanse hoofdstad Nairobi, maar gaat het een volgende keer weer proberen. „Als ik word gekozen, blijf ik radicaal, eerlijk en oprecht. Ik laat me niet omkopen, zoals oudere politici”, verzekert hij.
Julius is niet de enige van de aanstormende jeugd die de politiek in wil. Er hangt een revolutie in de lucht lijkt het, als gevolg van de bevolkingsgroei in Afrika. Op het continent, in de steden en het platteland, is vrijwel iedereen onder de dertig jaar oud. Ouderen boven de vijftig vormen een kleine minderheid. In Oeganda is 75 tot 80 procent van de bevolking jonger dan dertig, in Kenia tussen de 70 en 75 procent. Afrika is het jongste continent.
Verwijzend naar die demografische meerderheid, eisen jongeren hun aandeel in de politiek op. In het streven naar hun rechten maken ze gebruik van sport, muziek en andere kunsten.
Julius Owino symboliseert dat fenomeen, net als de Oegandese muzikant en parlementslid Bobi Wine (36). „De politici zijn oude lullen, zij vertegenwoordigen ons niet”, rapt Julius.
Ook elders in Oost-Afrika hebben muzikanten de afgelopen jaren van zich laten horen – als voorvechters voor de jongeren, met een politieke boodschap. In Senegal in 2012 sloegen de hip hop artiesten Fou Malade en het duo Keur Gui met activisten de handen ineen en werkten aan de ondergang van president Wade. In Burkina Faso hielpen reggaeartiest Sams’K Le Jah en de rapper Serge Bambara in 2014 bij een volksopstand en ook in Kenia en Tanzania zetten jongeren hun artistieke talenten in om in de politiek te gaan. In Liberia werd vorig jaar de inmiddels oud-voetballer George Weah tot president gekozen.
Koning van het getto
Het groeiende generatieconflict werd de afgelopen tijd pijnlijk duidelijk door het nieuws over de martelgang van Robert Kyagulanyi, in zijn thuisland Oeganda beter bekend onder zijn artiestennaam Bobi Wine. De muzikale activist, de zelfbenoemde „koning van het getto”, die vorig jaar tot parlementslid werd gekozen, daagt zittend president Yoweri Museveni (74) uit. Alle kandidaten die Bobi Wine steunde tijdens tussentijdse verkiezingen, wonnen. Dat gebeurde vorige maand opnieuw en na een klein incident tijdens een verkiezingsbijeenkomst liet de Oegandese president hem arresteren. In de staatsgevangenis werd Bobi Wine gemarteld. Honderden jongeren demonstreerden, niet alleen in Oeganda maar ook in buurland Kenia. Bobi Wine is nu een held in Afrika. Geconfronteerd met een golf van afkeer sputtert de belegen Museveni tegen als een oude opa die zijn roerige kleinkinderen probeert te disciplineren. Bobi Wine, die vooral rond zijn geslachtsdeel werd gemarteld, vertrok naar Amerika voor medische behandeling.
Julius Owino trad eerder dit jaar met zijn band Gidi Gidi Maji Maji enkele malen op met Bobi Wine in Kampala, de hoofdstad van Oeganda. „Bobi Wine is meer een sociale activist dan een muzikant”, oordeelt hij. „In en buiten het getto, iedereen kent hem. Hij voert de armen aan. Hij is een strijder die de macht van de muziek gebruikt.”
De Keniaanse fotograaf Bonifice Mwangi (35) zet eveneens zijn creativiteit in voor politiek activisme en deed vorig jaar mee aan parlementsverkiezingen. Hij gebruikt satire, zoals bij de actie in 2013, toen hij varkens losliet bij het parlement. Op hun roze ruggen had hij de namen van de volksvertegenwoordigers, ‘de Mpigs’ gezet. „Ik kan niet zingen”, lacht hij, „daarom doe ik het op deze manier. Maar iedere revolutie heeft muziek nodig, muziek is de brandstof, muziek helpt om mensen te laten marcheren. Lang leve Bobi Wine.”
De revolutie van de jeugd heeft zijn eigen attributen, zoals de rode baret. Dat was het symbool van de vermoorde president Thomas Sankara(die ook muziek speelde), evenals van Julius Malema(37) van de Economic Freedom Fighers in Zuid Afira. Ook Bobi Wine draagt een rode baret.
In het oude Afrika gold het hebben van veel kinderen als een zegen en geen last zoals nu. Traditiegetrouw hielden kinderen aan tafel hun mond als de ouders spraken, ze hadden geen recht op een mening zolang de ouderen hun oordeel niet hadden gegeven. Zorgeloos wuift Mwangi die oude gewoonte van de hand. „Jongeren moeten nooit meer hun mond houden.” sneert hij. „Want de ouderen spreken niet meer namens ons, ze begrijpen ons niet en vertegenwoordigen ons niet. We zijn met veel meer dan de ouderen en gebruiken sociale media om ons te organiseren. Nooit meer zullen wij beleefd zijn.”
De jeugd heeft het moeilijk, want de economie kan de bevolkingsexplosie niet absorberen. Bij aanstormende politici als Bobi Wine knaagt naast de culturele generatiekloof de jeugdwerkloosheid. „We willen van ons laten horen, maar wat kan je doen zonder werk? Zonder geld lukt het niet om een positie in de politiek te vergaren”, vertelt Patricia Mutheu (31), lid van de gemeenteraad van Nairobi. „De oudere generatie heeft het voor ons verpest, ze wil alleen maar haar zakken vullen. Wij jongeren moeten een geheel ander soort politiek scheppen, zonder corruptie, zonder dat decadente streven naar luxe. Weet je wat het eerste is dat onze president doet als er een jongere wordt verkozen in het parlement? Hij schenkt hem een dure auto. Zo raak je gecorrumpeerd.”
Strak mantelpakje
Is het voor jongeren in het algemeen moeilijk om in de politiek door te dringen, in een weinig geëmancipeerde samenleving is het voor jonge vrouwen nog ingewikkelder. Patricia komt uit Mathare Valley, een van de grootste getto’s van Nairobi. Ze draagt een strak mantelpakje. „Zeker, mijn populariteit heeft te maken met mijn uiterlijk, maar komt ook omdat ik een goede voetbalster ben”, lacht ze. Ze speelde in het populairste team van de sloppen. „Als vrouw moet je tien keer zo hard werken. Ik laat zien dat het kan. En ik deed het zonder sugar daddy ”, zegt ze verwijzend naar het groeiende fenomeen van de financiële sponsors van oudere leeftijd, in ruil voor seks en ander vermaak.
„Oh zeker, ik krijg continue aanbiedingen van seks in ruil voor financiële steun”, zegt Patricia. „Ik wijs ze allemaal af. Het kan zonder seks, als je maar duidelijk maakt dat het om je verdienste gaat en niet je tieten.”
Behalve het hinderlijke gebrom van opa Museveni wacht Bobi Wine een zware politieke strijd. Verhalen over de marteling van oppositiepolitici zijn in Oeganda maar al te bekend. Maar voor Bobi Wine leek een aparte behandeling gereserveerd. Het popidool werkt seksueel prikkelend op zijn fans en het is daarom niet toevallig dat leden van Museveni’s elitetroepen uitgebreid bij zijn geslachtsdeel martelden. Ze trokken eraan en pletten zijn testikels.
„Een penis van een muzikant is zijn tweede microfoon”, legt Fidel, een sociale activist in Mathare Valley uit. „Tussen zijn benen ligt zijn extra waarde. De martelaars van Museveni hadden dat goed begrepen, ze wilden bewust hem daar raken.” Volgens Bonifice Mwangi schrijven mannen nu eenmaal grote waarde toe aan hun penis, het is een machtsapparaat. „Het is een typische tactiek van een dictator om iemands ballen te verpletteren”, zegt hij, „zo probeert Museveni Bobi Wine te breken. Maar onze ideeën zijn niet als penissen, ze vallen niet te verpletteren.”
Dit artikel verscheen eerder in NRC Handelsblad op 20/9/2018