Foto’s van Joost Bastmeijer
Zelfverzekerd stapt Salome Nzyoka aan het eind van de middag de kindercrèche in Wote binnen om haar zoontje op te halen. “Ik heb macht gekregen”, jubelt de jonge vrouw trots. Als lid van het volks comité zag ze zelf toe op de totstandkoming van dit kinderverblijf. In deelstaat Makueni worden burgers sinds de invoering van een nieuwe grondwet in 2010 betrokken bij de nieuwe projecten in hun woonplaats. In dit geval gaat het om een crèche maar het had ook om een fabriekje voor verwerking van mango’s kunnen gaan, of een dam. Een opmerkelijke politieke vernieuwing, geleid door de 65-jarige gouverneur Kivutha Kibwana. “Als Kenia ooit een nationale leider krijgt zoals wij hier hebben in Makueni, dan komt het toch nog goed met Kenia”, zegt ze.
Kibwana toont zich een bescheiden man, hoewel zijn aanzien snel stijgt. De kleine man met een terugtrekkende haarlijn en gestoken in dof grijs pak trekt niet de aandacht door een kolonne van dure auto of adviseurs met veel bling bling, de gebruikelijke uitdossing van de Keniaanse politieke klasse. Zijn deelstaat Makueni kwam onlangs uit een onderzoek naar voren als de minst corrupte. Zijn succes begint op te vallen, in binnen- en buitenland. Hij wordt in Kenia nu genoemd als mogelijke presidentskandidaat door degenen die een niet-tribaal, transparant sociaal democratisch model nastreven, idealen die ook de voorvechters van onafhankelijkheid zestig jaar geleden in de mond namen. Het succes roept ergernis op bij corrupte politici. “Ik maak veel vijanden in de politieke elite en onder ambtenaren die doorgaans geld stelen van ontwikkelingsprojecten”, vertelt Kibwana. Maar de miljoen inwoners van Makueni steunen hem enthousiast.
Een Keniaan wordt gemakkelijk moedeloos en cynisch van de politiek. Want hij leeft in een bandieteneconomie waarbij volgens sommige schattingen de helft van de nationale begroting “verdwijnt” door corruptie en ander wanbeleid. “Toch zijn er mogelijkheden voor ontwikkeling. Wij leveren het bewijs”, zegt Kivutha. “Tegen de traditie van de Keniaanse politiek in vestigen we in onze deelstaat een volksregering. We slaagden er in om een kliniek te bouwen voor een derde van de gangbare prijs in Kenia. Zo doorbreken we het patronagesysteem. Dat betekent een revolutie voor Afrika.”
Drie uur rijden van de nationale hoofdstad Nairobi over wegen slingerend tussen droge geërodeerde heuvels en langs gevaarlijke ravijnen ligt Wote, het bestuurscentrum van Makueni. Het is één van de 47 deelstaten waarin Kenia in 2010 werd opgedeeld. Kenia stond toen op een gevaarlijk kruispunt in zijn geschiedenis nadat grootschalig verkiezingsgeweld de natie twee jaar eerder naar de rand van de afgrond had geduwd. Een nieuw bestuur bestel was nodig om een burgeroorlog te voorkomen.
Na maandenlang praten en touwtrekken op bijeenkomsten met burgers, politici en experts, gevolgd door een referendum, was in 2010 een nieuwe grondwet aangenomen. Een van de prominente experts was de voormalige mensenrechtenactivist Kivutha Kibwana. Om een nieuwe explosies van volkswoede te voorkomen en de politiek dichter bij de burger te brengen, werd de staatsmacht gedecentraliseerd. Maar aan de roofbouw door een elite kwam daarmee natuurlijk geen einde. Vijf jaar later noemde de voormalig opperrechter Willy Mutunga het land in deze krant “een bandieteneconomie met Al Capone’s aan de leiding”. Hoofd van de Rekenkamer Edward Ouko berekende hoe systematisch miljarden euro’s achterover werden gedrukt. Keniaans aanzien als een van de meest corrupte naties van Afrika bleef onaangetast.
Een corruptievrij en door de bevolking geleide ontwikkeling kan voor de gewone man en vrouw een zaak van leven of dood betekenen. Neem de net afgebouwde kraamkliniek in Wote. In volksvergaderingen van dorpen brachten de bewoners twee voorname grieven naar voren: gezondheid en water. Op hun voordracht bouwde de lokale overheid een volwaardige kraamkliniek voor dezelfde prijs als een met corruptie tot stand gekomen voetgangers fly-over bij Nairobi. Tegenwoordig bevalt het dubbele aantal vrouwen van Makueni in klinieken in plaats van onder onhygiënische omstandigheden thuis.
Op en uurtje rijden van Wote op het stoffige platteland vergadert het volks comité dat toezicht houdt op de bouw en het onderhoud van een waterdam. “Lang geleden bliezen we bij een volksbijeenkomst van onze stam op een koehoorn. Er werd toen geluisterd naar gewone mensen. Na de onafhankelijkheid in 1963 is dat niet meer zo geweest. Tot dat Kibwana onze gouverneur werd”, zegt de oude man Jonas Vuva. Al in 1956 vroegen de bewoners om een dam in het kurkdroge landschap maar pas na de decentralisatie ging hun wens in vervulling. “Vroegen moesten we een halve dag lopen om water te halen. Nu hebben we zoveel tijd over voor ander werk”, zegt Vuva enthousiast. Het comité zag toe op alle stadia van de uitvoering. De ondernemer werd steeds op de vingers gekeken. Pas toen de bewoners tevreden waren kreeg hij uitbetaald. “Onder Kibwana staan we in Makueni geen smeergeld meer toe”, lacht Vuva triomfantelijk.
Harrison Mutie is 38 jaar en vicevoorzitter van het parlement van Makueni. Doorgaans maken ouderen boven de vijftig in de Keniaanse politiek de dienst uit maar in Makueni komt de jongere generatie aan zet. Kibwana zet in op de jeugd, zijn meeste medewerkers zijn rond de dertig jaar. “De politiek in onze deelstaat draait niet om hoeveel je bezit, maar hoeveel verstand je hebt. Het verloopt allemaal heel anders dan tijdens mijn ouders en grootouders”, legt hij enthousiast uit. ”Decentralisatie bracht democratie en inspraak van het volk”.
Het besluitvormingsproces verloopt als langs een piramide, maar van beneden naar boven. Bewoners op het laagste niveau van een groepje huizen doen drie keer per jaar voorstellen voor ontwikkelingsprojecten, daarna gaat dat besluit verder opwaarts naar een verzameling dorpen, tot aan het parlement van de deelstaat. Dat besluitvormingsproces is geheel omgekeerd aan zoals het voor de decentralisatie ging. Toen stelde het parlementslid namens de regio op nationaal niveau in Nairobi een project voor, roomde een deel voor zichzelf af en liet zich alleen rond verkiezingen in zijn regio zien. “Een parlementslid ging met veel fanfare en in een autocolonne naar volksbijeenkomsten, wij gaan te voet of met het openbaar vervoer”, lacht Mutie.
De volksgerichte aanpak in Makueni roept verzet op, van ondernemers die het zonder smeergeld moeten stellen en van corrupte politici. Douglas Mbilu is voorzitter van het plaatselijke parlement. Hij kreeg een kogel in het hoofd die was bestemd voor Kibwana. “In Makueni veranderen we de politieke dynamiek ingrijpend en daartegen verzetten op nationaal niveau zich ministers en parlementsleden. ‘Laten we Kibwana stoppen voordat de gewone Kenianen het in hun hoofd krijgen dat ze macht hebben’, waarschuwen onze tegenstanders”.
Kibwana’s opponenten zaten in zijn eerste ambtstermijn als gouverneur ook in het lokale parlement. “Zij eisten een groot deel van de begroting van Makueni op voor hun eigen welzijn”, vertelt Mbilu. “Toen Kibwana weigerde, probeerden ze hem af te zetten. Toen dat niet lukte, vond er op een dag in 2014 een moordaanslag op hem plaats in het parlement. Ik liep voor hem en ving de kogel op. Alle lokale parlementsleden die zijn aftreden eisten, werden bij de verkiezingen in 2017 door de kiezers weggestemd.”
Kibwana is de simpel geklede voormalige activist gebleven en blijft een voor ieder toegankelijke politicus. Als zijn helden noemt hij de Ghanees Kwame Nkrumah (1909-1972) die streed voor de onafhankelijkheid van Afrika en de Tanzaniaan Julius Nyerere (1922-1999) die het continent leerde op eigen krachten te vertrouwen. “Zij maakten geschiedenis in Afrika. Wij in Makueni zullen geschiedenis maken als we de beschikbare middelen inzetten voor het volk”, zegt hij. “Het is mogelijk de arrogantie van de macht en de draak van corruptie te bestrijden”
Alle foto’s in en rond Wote, gemaakt door Joost Bastmeijer
Dit stuk verscheen eerder in NRC Handelsblad op 21-8-2019