Premier Abiy Ahmed van Ethiopië won de Nobelprijs voor de Vrede, maar ontpopte zich vervolgens als een bloeddorstige leider. Tom Gardner schreef een boek over hem dat nog lang als standaardwerk zal gelden.
De openheid van zijn eerste dagen als premier van Ethiopië ten spijt bleef hij een raadsel. Abiy Ahmed was voorbestemd voor grootsheid en met de kracht van zijn bezwering creëerde hij ‘Abiymania’, een rage waarmee hij Ethiopië wilde verlossen van oorlog en onderdrukking. Zijn moeder had voorspeld dat hij de zevende koning van Ethiopië zou zijn sinds keizer Menelik II, de stichter van de moderne Ethiopische staat eind negentiende eeuw.
Toen Abiy Ahmed in 2019 tijdens een ceremonie in Oslo de Nobelprijs voor de Vrede in ontvangst nam, verklaarde hij dat oorlog ‘het toonbeeld van de hel’ is. Vervolgens stortte hij het strategische gelegen land met ruim 110 miljoen inwoners in een serie dodelijke conflicten waarbij de etnische haat ongekend hoog is opgevlamd. In 2021 zou de oorlog in de deelstaat Tigray uitgeroepen worden tot het dodelijkste conflict ter wereld. Sindsdien zijn bloedbaden en massale arrestaties routine geworden in Abiy Ahmeds Ethiopië.
In 2022 moest Tom Gardner, correspondent van The Economist in Ethiopië, het land net als veel van zijn collega’s verlaten. Er zaten meer journalisten in het gevang dan waar ook ter wereld. Al deze tegenstellingen waren onderdeel van het Project Abiy Ahmed , zoals het boek van Gardner heet: het wonder van vrede en verzoening enerzijds, gecombineerd met de gruwelen van oorlog ten behoeve van de eigen glorie.
Grandioos paleis
Abiy bouwt een paleis voor zichzelf in de heuvels boven de hoofdstad Addis Abeba, zo grandioos dat het minstens tien miljard euro zal kosten – gedeeltelijk betaald door de Verenigde Arabische Emiraten, een belangrijke bondgenoot – en groter is dan Windsor, het Witte Huis, het Kremlin en de Verboden Stad van China samen. Hij presenteert zich als een vredesstichter, maar is een manipulator, die kans ziet om chaos in een zege voor hemzelf om te zeten.
Gardner volgt de tumultueuze gebeurtenissen sinds Abiy’s benoeming, in 2018, op de voet en zoekt in de gesloten Ethiopische cultuur naar antwoorden op de vraag hoe de premier talrijke gedaanteverwisselingen kan aannemen. Hij schetst een beeld van een slecht opgeleide, zelfverzekerde en vooral religieus geïnspireerde leider die zijn ambt tot een preekstoel maakte om de geest van zijn onderdanen te beïnvloeden. Abiy voelt zich een messias, gevoed door een onwrikbaar geloof in Gods plan voor hem, die dankzij zijn moeder wist dat hij door God was gezonden om te regeren.
Abiy’s ideeën vormden zich op de grens van politiek en religie. Armoede en machteloosheid zijn volgens Abiy een gemoedstoestand, het resultaat van negatief denken of defaitistische instincten. Zijn nadruk op persoonlijke verlossing overlapte met de theologie van het welvaartsevangelie.
Een van Abiys meest invloedrijke adviseurs – Mehret Debebe, een populaire tv-psycholoog en de beroemdste positief denkende goeroe van het land – is net als Abiy een aanhanger van de Pinkstergemeente. Pinksterkerken verklaren dat Abiy door God was gezonden en steunen zijn talrijke oorlogen. Abiy versiert de hoofdstad met allerlei bouwwerken, geïnspireerd door de theologie van het welvaartsevangelie, een visie waarin aardse pracht en goddelijke gunst nauw met elkaar verweven zijn, zoals het bijbelse Jeruzalem van koning Salomo.
Abiy had zijn carrière al gestaag opgebouwd toen hij in 2018 door de regeringspartij tot premier werd gekozen. Net als Poetin werd Abiy gekneed door zijn jaren bij de geheime dienst. Hij was minister van Wetenschap en Technologie en maakte deel uit van het leiderschap in Oromia, de deelstaat van Ethiopisch grootste bevolkingsgroep, de Oromo’s.
De regeringspartij was na het overlijden in 2012 van de erudiete Meles Zenawi verrot en zonder gezag. In alle delen van het land bejubelden Ethiopiërs Abiy als bevrijder, hij liet politieke gevangen vrij en leek een einde te maken aan het autoritaire bewind onder Meles. Zijn afbeelding stond op vlaggen en T-shirts, geen enkele leider in de recente geschiedenis van het tweeduizend jaar oude Ethiopië was zo geliefd.
Talisman
Waar Abiy ook ging, hij werd verwelkomd als een rockster. In 2019 plaatste de Financial Times Abiy op de cover onder de kop ‘Afrika’s nieuwe talisman’. Ethiopiërs vertrouwden hem, maar niemand kende zijn mening. Is hij een Oromo-suprematist of een keizerlijke nationalist? Hij verborg echter niet zijn grondige afkeer van de ongelovige, marxistische studenten van de jaren zeventig en tachtig die met Meles Zenawi in de jaren negentig aan de macht waren gekomen.
Aanvankelijk leek Abiy het op te nemen voor meer rechten van de Oromo’s, die onder het imperiale bewind van de Amharen waren gekoloniseerd. Maar eenmaal zetelend in het voormalige keizerlijke paleis van Menelik negeerde hij advies van Oromo-intellectuelen en wendde hij zich tot hun ideologische en etnische rivalen.
Volgens Gardner hebben een zekere mate van bedrog en misleiding altijd onderdeel uitgemaakt van Abiy’s politiek. Hij vormde een verbond met Oromo’s aartsvijanden, de Amharen, samen met buurland Eritrea tegen Tigray. Eerst steunde hij de federale staat met sterke bevoegdheden voor de regionale overheden, later ging hij streven naar een keizerlijk centralisme.
In hun bed afgeslacht
Wie die oorlog in Tigray in 2020 begon, is nog steeds omstreden. Abiy beschuldigde de leiders van de deelstaat Tigray, die onder Meles Zenawi de scepter hadden gezwaaid in Ethiopië. ‘Abiy zou later zijn agressie goedpraten door te wijzen op een verrassingsaanval van de strijdkrachten uit Tigray, waarbij honderden, misschien wel duizenden, nietsvermoedende Ethiopische soldaten in hun bed werden afgeslacht. Maar gezien de verhoogde paraatheid van het leger in die tijd is dit hoogst onwaarschijnlijk’, schrijft Gardner. De oorlog in Tigray vormde een nieuwe schakel in het project Abiy Ahmed.
De deelname van talrijke milities, van het Eritrese leger en van paramilitairen, het ronselen van kinderen en de verkrachtingen maakten het conflict tot een massale en uiterst smerige oorlog met een geschat dodental van boven een half miljoen. De kern van dit conflict in de deelstaat Tigray, gevolgd door andere gewapende conflicten in Amhara en opnieuw Oromia, waren botsende ideologieën over hoe de met geweld gevormde imperiale staat moet worden omgesmeed tot een vreedzame, tolerante natie.
Abiy veranderde een politieke strijd in een diepgaand existentieel conflict over de toekomst van Ethiopië en bedeelt zichzelf daarin een hoofdrol. Net als door de hele geschiedenis heen lossen de Ethiopiërs hun conflicten niet op door compromissen te sluiten, maar door oorlogen te voeren. Gardner vertelt het verhaal van de mars van Abiy naar hemelse hoogtes met de heldere taal van The Economist : feitelijk en met veel expertise, maar veel sfeer roept hij niet op. Maar het is wel het eerste boek in zijn soort over de onvoorspelbare Abiy Ahmed en zal nog geruime tijd dienen als standaardboek over deze opmerkelijke leider.
Deze boekbespreking verscheen eerder in NRC op 27-9-2024