FeatureAfrikaanse bloedbroeders vergiftigd door hun macht

Afrikaanse bloedbroeders vergiftigd door hun macht

Reading Time: 9 minutes

Jane Keshoro is 95 jaar oud, blind en berustend. Maar als de naam valt van Paul Kagame trekt haar gerimpelde gelaat in een uiting van diepe minachting. “Onze families waren jarenlang hecht bevriend”, vertelt ze. Haar zoon Patrick Karegeya voerde samen met Paul Kagame en Yoweri Museveni in de jaren tachtig een oorlog voor de bevrijding van Oeganda en vervolgens smeedden in haar huis Karegeya en Kagame een paar jaar later plannen voor de invasie van Rwanda. “Ze waren kameraden. En toch vermoordde Paul Kagame mijn zoon”. Een vriendschap gesmoord in moord.

Haar verdriet dwingt een stilte af. Buiten op de rollende heuvels van Zuid Oeganda glijdt geruisloos een kraanvogel in de hete lucht, een lang gehoornde koe loeit klagend. Jane Keshoro hervindt haar pose en schenkt een glas melk voor me in. Mijn bezoek is geheim, want de familie vreest voor de lange arm van Kagame.

Hier in Zuid Oeganda, tussen de fabelachtig mooie koeien en de eindeloze velden bananenbomen, bereidden begin jaren tachtig jonge idealisten plannen voor om dictaturen te verdrijven en democratie te vestigen. Er werden twee bevrijdingsbewegingen geboren die geschiedenis maakten in Afrika. De eerste zege behaalden ze in 1986 met de verovering van de Oegandese hoofdstad Kampala en Yoweri Museveni werd president. In 1994 volgde de overwinning in de Rwandese hoofdstad Kigali, Paul Kagame werd er de sterke man en in 2000 president.

Paul Kagame op jonge leeftijd
Paul Kagame op jonge leeftijd
img_1905
Yoweri Museveni op jonge leeftijd

Het revolutionaire avontuur van Museveni (72) en Kagame (59) kwam daarmee niet ten einde. In naam van hun filosofie van pan-Afrikaanse solidariteit intervenieerden hun regeringslegers in talrijke landen, zoals Somalië, Zuid Soedan, Congo en de Centraal Afrikaanse republiek. President Bill Clinton prees hen in de jaren negentig aan als veelbelovende leiders, “een lichtend voorbeeld” volgens zijn minister Madeleine Allbreight. Maar de ironie wil dat Museveni en Kagame nu juist een trend aanvoeren in Afrika onder leiders om de macht nooit meer op te geven. Ze maken de cirkel van democratie naar dictatuur weer rond.

Solidariteit zonder grenzen

Een uurtje rijden verderop over de heuvels en door de papyrusmoerassen woont Salim Saleh (56), de invloedrijke broer van president Museveni. Hij kent vele hoofdrolspelers van de jaren tachtig, zoals de vermoorde Karegeya. Salim Saleh vocht in de oorlog in Oeganda (1981 tot 1986) in de door zijn broer opgerichte guerrillabeweging het Nationale Verzetsleger(NRA) en leidde de aanval op Kampala. Vervolgens hielp hij in de oorlog in Rwanda (1990 tot 1994) het Rwandese Patriottische Front(RPF). Hoe verklaart hij de ruzies die volgden onder de kameraden? “Politiek en machtspelletjes gingen een steeds belangrijker rol spelen. Zo raakte de kameraadschap van in de bush in verdrukking”, legt hij uit.

img_1911

De pan-Afrikaanse solidariteit kende geen grenzen. Het zuiden van Oeganda bleek een vruchtbaar gebied voor rekrutering van bevrijdingsstrijders. Er hadden zich daar in 1959 tienduizenden Tutsi’s gevestigd, gevlucht voor een opstand van Hutu´s in Rwanda. Eén van hen was de twee jaar oude Paul Kagame. Veterane strijders van het kleine groepje dat de bush inging met Museveni in 1981 vertellen dat zijn guerrillaleger in het begin voor een derde uit Rwandezen bestond. Het guerrillaleger van Kagame bestond bij de inval van Rwanda in 1990 voor de helft uit Oegandezen. De Rwandees Kagame vervulde na de overwinning in 1986 in Kampala een hoge functie in de veiligheidsdienst van het Oegandese leger, de Oegandees Karegeya werd na de zege in Kigali in 1994 hoofd van de Rwandese externe veiligheidsdienst.

De godfather van het revolutionaire militaire elan was Museveni. “Mijn kinderen”, noemde hij “de boys van Kagame” in Rwanda. Die juniorenstatus irriteerde hen na hun machtsovername in 1994 mateloos. Toen de Rwandese en Oegandese legers in 1998 Congo binnenvielen om de daar door Rwanda twee jaar eerder geïnstalleerde president Laurent Kabila weer af te zetten ontspoorde deze wrok in broedermoord.

Hun pan-Afrikaanse idealen veranderden in Congo in imperialistische ambities. Hebzucht dreef de legers van Rwanda en Oeganda. Beide landen exploiteerden ieder hun eigen Congolese goud- en diamantenmijnen, Salim Saleh bijvoorbeeld stond aan het hoofd van de kilo moto goudmijn bij Bunia. Behalve deze in VN-rapporten beschreven plunderingen volgden ze verschillende militaire strategieën. In de Congolese stad Kisangani werd in 2000 de competitie op de spits gedreven. “We zullen die vetgemeste luie Oegandezen een lesje leren”, snierden de boys van Kagame over de soldaten van Museveni. Salim Saleh zegt: “In Kisangani kwam onze bevrijding van Afrika ten einde”.

Salim Saleh snelde in opdracht van zijn broer naar Kigali om de relaties te herstellen. Daar trof hij de drie machtigste mannen van Rwanda: Paul Kagame, Patrick Karegeya en de legerleider Faustin Kayumba Nyamwasa. “Karegeya en Nyamwasa riepen tegen me: ´Flikker op uit Congo`. Ze waren nog kwader op Oeganda dan Kagame was. Mijn vredespogingen mislukten. Ik werd vernederd”.

Salim Saleh lacht schamper: Nyamwasa en Karegeya die hun baas Kagame door dik en dun verdedigden! Vier jaar later beschuldigde Kagame Karegeya van ongehoorzaamheid en zette hem 18 maanden in een isoleercel. Ook Nyamwasa raakte in ongenade bij Kagame. Karegeya’s moeder Jane Keshoro reisde niet graag naar Rwanda, want haar man had haar altijd gewaarschuwd voor “dit land vol haat”. Maar ze moest om haar zoon te redden spreken met de moeder van Kagame. “Vertel hem mijn zoon vrij te laten”, smeekte ze haar in Kigali. Ze antwoordde: “Hij luistert niet meer naar me sinds hij president is. Als ik hem opzoek in zijn kantoor moet zelfs ik door de metaaldetector’”.

Patrick Karegeya
Patrick Karegeya

In het steeds repressievere klimaat in Rwanda vluchtten Nyamwasa en Karegeya naar Zuid-Afrika. Er waren sinds 1994 al enkele voormalige medewerkers van Kagame binnen en buiten Rwanda vermoord maar pas in Zuid-Afrika beschuldigden de twee de president van die moorden. “Die werden door Kagame achter onze rug uitgevoerd”, zei Karegeya in een interview. Korte tijd later kwam Karegeya in een hotelkamer in Johannesburg door wurging om het leven, een aanslag op Nyamwasa waarbij hij in zijn  buik werd geschoten was in 2010 mislukt. Hoewel Kagame dit ontkent namen alle betrokkenen voor dit verhaal geïnterviewd aan dat de aanslagen in zijn opdracht werden uitgevoerd. “Het is ironisch om nu te zien dat ze elkaar onderling proberen af te maken”, zegt Salim Saleh. “Ik denk dat Nyamwasa en Karegeya Kagame wilden vermoorden”.

Faustin Kayumba Nyamwasa
Faustin Kayumba Nyamwasa

Pilatus en Bismarck

Het militaire pan-Afrikanisme van Kagame en Museveni bracht orde. Dat is vermoedelijk hun grootste verdienste. In de jaren tachtig leden miljoenen Afrikanen onder plunderende en verkrachtende regeringssoldaten. Iedereen hunkerde naar veiligheid. Oeganda stond tot 1986 onder Idi Amin en Milton Obote bekend als het slachthuis van Afrika, in Rwanda vond in 1994 de snelste volkerenmoord van de eeuw plaats. Kagame en Museveni maakten een einde aan dat geweld.

De zeven heuvels van Kampala zijn nu volgebouwd en de straten volgepropt met ronkende auto’s en uitlaatgassen spuwende brommertjes. Net als in Rwanda onderging Oeganda een metamorfose, de autoritaire ontwikkelingsstaat bracht economische voorspoed. Tussen de vele villa’s staan de herenhuizen van de toenmalige guerrillastrijders. Met enkele van hen probeer ik het erfgoed te schatten.

De Rwandese president is vermoedelijk het meest omstreden in dit verhaal van kameraadschap, verraad, broedermoord en verloren idealen. Kagame is een excentriekeling. Zijn doortraptheid leverde hem in de guerrillatijd de bijnaam Pilatus op. “Kagame ontdeed zich van al zijn kameraden van het eerste uur en staat aan het hoofd van een beklemmend regime. Je vraagt je af waarvan hij droomt”, zegt in Kampala John Nagenda, adviseur van president Museveni.

Boek van Pecos Kutesa
Boek van Pecos Kutesa

Het bergstaatje Rwanda met zijn historie van meedogenloze koningen en genocidale competitie tussen Hutu’s en Tutsi’s is een ziek land in vergelijking met het veel informelere Oeganda. Kagame is een handhaver van strenge tucht die er niet voor terugschrikt om zijn medewerkers in het presidentiele paleis een pak slaag e geven. “Een gevoel van woede had hem al tijdens de guerrilla in zijn greep”, herinnert Pecos Kutesa zich. Kutesa vocht met Kagame in het NRA en is nu in Kampala belast met militaire doctrine in het Oegandese leger. Hij vertelt dat Kagame kafuni introduceerde, een executie waarbij een spion of ongedisciplineerde NRA-soldaat voor een kuil moest knielen om met een hakbijl te worden afgemaakt. Dat maakte geen geluid en kostte geen kogels. “We spreken nu niet meer over dit soort zaken. Maar helemaal verdwijnen doen ze nooit, want er zijn nabestaanden die de waarheid willen weten”.

Het meest veranderd is Museveni. De guitige guerrillaleider van de jaren tachtig, die journalisten en bezoekende buitenlandse ministers plezierde met gepeperde gesprekken, veranderde in een arrogante aristocraat, die tijdens een interview dat ik met had een bediende zijn tenen met talkpoeder liet bewerken en zijn sokken liet aantrekken. “De versnelling van Museveni is in zijn achteruit gegaan”, schreef de toonaangevende EastAfrican. De Franse wetenschapper Gérald Prunier noemde hem “de Bismarck van Afrika” wegens zijn vele militaire interventies.

Kort na hun zeges vertoonden de nieuwe leiders vernieuwingsdrang, hun landen werden kweekvijvers voor frisse initiatieven, zoals ruilhandel tussen arme staten en de oprichting van plaatselijke bestuursraden, de populaire Resistance Councils. Maar al snel pleegden Museveni en Kagame verraad aan hun democratische beloftes. Talrijke toezeggingen van Kagame ten spijt dat hij niet de grondwet zou wijzigen om langer aan de macht te blijven, deed hij eerder dit jaar precies dat. Volgens Museveni in de jaren tachtig is het grote probleem van Afrika dat leiders nooit willen opstappen. Die opmerking lijkt na dertig jaar presidentschap een parodie op hemzelf.

Ze geven altijd bevelen

De regeringen van Rwanda en Oeganda kunnen niet meer zonder hun grote leiders. “Museveni is een geliefde vaderfiguur. Maar ik maak me zorgen dat hij zo lang aanblijft. We hebben te weinig onafhankelijke instituties opgebouwd. Wat gebeurt er met Oeganda als hij plots sterft”, zegt als verrassing John Nagenda over zijn baas. “In Rwanda is dat gevaar nog groter, want daar verblijven alle mogelijke kandidaten voor Kagames opvolging met wraakgevoelens in het buitenland”.

Beide leiders manipuleren de rechtspraak en verkiezingen. Museveni doet dat met een slim patronagesysteem waardoor Oeganda een van de meest corrupte Afrikaanse landen is geworden. Hij belichaamt het vriendelijke gezicht van een dictatuur, hij valt zijn oppositiekandidaten zoals Kizza Besegye lastig en laat hem tientallen malen arresteren. Museveni zal de oppositie nooit laten winnen, maar hij vermoordt ze niet.

In hart en nieren zijn de bevrijders van weleer hardnekkig militair gebleven. “Ze geven ons altijd bevelen”, sniert Rose Nassanga van het Forum voor Democratische Verandering(FDC), de Oegandese oppositiepartij geleid door afvalligen van het NRA, zoals Besigye en Amanya Mushega. “In vergaderingen blaffen ze ons af. Dan leren we hen te luisteren om burgers te overtuigen”.

Voor Amanya Mushega valt het nog steeds moeilijk te vatten waarom de idealen van zijn kameraden ontaardden in de arrogantie van de macht. Hij noemt de verheven visie van het NRA over pan-Afrikaanse bevrijding een waandenkbeeld. “Het NRA houdt zichzelf voor de gek. Al het idealisme van onze tijd in de bush is verworden tot lege slogans”, verzucht hij. “Het is angstaanjagend hoe macht mensen kan vergiftigen”.

Dit verhaal verscheen op 28 september 2016 in NRC Handelsblad

Enkele foto’s komen uit het boek Sowing the mustard seed van Yoweri Museveni, uitgegeven door MacMillan

Soldaten van een door Oeganda gesteunde rebellenbeweging in 2000 in Dondo na een grote overwinning op het leger van Laurent Kabila
Soldaten van een door Oeganda gesteunde rebellenbeweging in 2000 in Dondo na een grote overwinning op het leger van Laurent Kabila. Foto Koert Lindijer

Tijdlijn:

1972 – Oeganda: Tanzaniaanse soldaten vallen samen met strijders van Museveni Uganda binnen om Idi Amin te verdrijven. De poging strandt al bij de stad Mbarara en Museveni’s mannen trekken zich terug

1979 –  Oeganda: Een niuewe invasie door Oegandese ballingen en het Tanzaniaanse leger  verdrijft Idi Amin

1980 – Oeganda: Milton Oboto tot winnaar van vervalste verkiezingen verklaard

1981 – Oeganda: Museveni trekt met een klein groepje medestanders de bush in en begint een guerrilla. Het begin van het Nationaal Verzetsleger, het NRA

1986 – Oeganda: Museveni’s broer Salim Saleh voert in januari de aanval op Kampala aan en neemt de hoofdstad in

1990 – Rwanda: Het Rwandese Patriottische Front (RPF), met strijders uit Museveni’s NRA, valt Rwanda binnen. Dit leidt tot oorlog, bloedbaden tussen Hutu’s en Tutsi’ en het vredesakkoord van Arusha in 1993. Als dat wordt verbroken begint de grootste genocide van de eeuw in Afrika

1994 – Rwanda: Rwandese genocide (800.000 tot 1 miljoen doden). Doelwit zijn Tutsi’s en gematigde Hutu’s. Het RPF maakt een einde aan de genocide. Radicale Hutu leiders beginnen een massale exodus van een miljoen Hutu’s naar het oosten van Congo. Van daar uit blijven ze de RPF regering in Kigali bestoken

1996 – Congo: Rwandese troepen trekken Congo binnen en vallen de kampen met Hutu’s aan en verdrijven vervolgens dictator Mobutu Sese Seko en brengen het volgende jaar met hulp van onder andere Angola en Oeganda Laurent-Désiré Kabila in Kinshasa aan de macht.

1998 – Congo: Begin tweede Congolese oorlog, ook wel de Eerste Wereldoorlog van Afrika genoemd. Rwandese en Oegandese soldaten vallen Congo binnen, nadat Kabila de Rwandese soldaten had uitgewezen. Uiteindelijk vechten troepen uit verscheidene Afrikaanse landen in Congo, om politieke invloed en in toenemende mate voor delfstoffen. Rwanda slaagt er niet in om Kabila weg te krijgen en concentreert zich, net als Oeganda, op de exploitatie van grondstoffen in het oosten van Congo.

2000 – Congo: Rwanda en Oeganda raken onderling slaags in de Congolese stad Kisangani.

2001 – Congo: Laurent-Désiré Kabila vermoord, zijn zoon Joseph Kabila, de huidige president, volgt hem op.

2003 – Oeganda: grondwet gewijzigd zodat Museveni aan de macht kan blijven.

2016 – Rwanda: grondwetswijziging in Rwanda opdat Kagame kan blijven doorregeren. In het Oegandese parlement beginnen pogingen om de leeftijd voor een president te verhogen tot boven de 75 jaar. Want Museveni is over twee jaar 75 jaar

Koert Lindijer
Koert Lindijer
Koert Lindijer has been a correspondent in Africa for the Dutch newspaper NRC since 1983. He is the author of four books on African affairs.

Leave a reply

Please enter your comment!
Please enter your name here

Laatste artikels

Gerelateerde artikelen

Geverifieerd door MonsterInsights